Zaterdagavond. Mijn kinderen spelen mee in een concert van de harmonie. Ik sta, luister in stilte, klap bij een mooie solo en bij het eind van ieder nummer.
Zondagmorgen, een klankschalenconcert.
Of ik wil liggen of zitten. Met de ogen dicht of open. Alles mag en is ok. Men neemt de tijd tot iedereen een fijne plek heeft.
Het lijkt gebruikelijk om zo’n concert liggend, met de ogen dicht te volgen. Ik vind dat eigenlijk zonde. Er liggen zoveel spannende instrumenten klaar. Dat wil ik eigenlijk wel zien!
Toch sluit ik tijdens het concert mijn ogen. De magie begint als je dat doet.
Er zijn mensen die slapen, ook dat is ok.
Het einde van het concert…je bepaalt zelf wanneer je weer in beweging komt.
Een helder applausmoment is er niet. Wel tijd om de “klankmakers” te bedanken.
Als ik vraag aan een van hen waarom hij/zij dit doet, krijg ik als antwoord dat hij/zij een manier zocht om via de muziek rechtstreekser te verbinden met het publiek dan met “reguliere” instrumenten.
Ik voelde het. Mooi 🙂
Bijzonder om in 1 weekend zo 2x heel verschillend publiek te zijn.