Dit jaar hebben we een semester lang iedere week een sessie van anderhalf uur met een docent (met coachingsvaardigheden) en een groep van 12 eerstejaarsstudenten. Die trainingen vinden plaats in de tutorgroep, die groep waarin ze een heel jaar lang al hun lessen krijgen. Tijdens een informele bijeenkomst gister zei een andere docent dat erover gemopperd wordt. Mijn instinctiever reactie was “daar kan ik mee leven”. Vandaag wil ik graag vastleggen waarom.
Dat heb ik gedaan door nog eens na te gaan wat we doen, de link te leggen met de onderliggende boodschap in iedere training. Om vervolgens mijn waarnemingen over waarom het schuurt op te schrijven. Omdat ik geloof in wat we doen, geloof in de impact ervan (wellicht op de langere termijn), erken en accepteer ik de korte termijn weerstand. En probeer om een zodanige relatie op te bouwen dat ze het met mij wel willen uitproberen.
Wat doen we?
We leren in groep methodes/manieren aan om met uitdagingen/problemen om te gaan. We hebben daarom nagedacht over welke uitdagingen in softskills een eerstejaars tegenkomt, gericht op samenwerken, studiekeuze na gezamenlijke propedeuse, studeren. Vervolgens hebben we geprobeerd vooraf in te schatten wanneer ze daar ongeveer tegenaan lopen. Omdat ze op dat moment gemotiveerder zijn om te leren, gemotiveerder dan wanneer ze nog geen enkel probleem ervaren. En natuurlijk is het moment van aanbieden maar voor een deel van de studenten precies op het goeie moment. Het is het beste wat we nu kunnen, binnen het huidige systeem van vastgelegde trainingen.
We hebben die inschatting voor het eerste kwartaal als volgt gemaakt en benoemd:
Training 1, week 2 en gesprek 1
Jullie hebben samen al een aantal activiteiten gedaan in de introductieweek. Je groepsgenoten en je mentor willen graag weten nog beter weten wie je bent. En dus ga je je in een individueel gesprek en in de eerste training verdiepend kennismaken.
Daarnaast ga je intensief samenwerken aan het ondernemingsplan. Voor samenwerking is vertrouwen nodig, je leert van elkaar wat je belangrijk gedrag vindt waardoor je de ander leert vertrouwen. Daarnaast ga je deze training ook de werkafspraken en de ambitie (hoe goed wil je het doen) met elkaar vastleggen.
Training 2, Week 3
We gaan verder met het belang van samenwerken, samenwerkend leren en leerdoelen. Je voert een samenwerkingsopdracht uit (Marshmallow) en aan de hand van die ervaring ga je reflecteren over je eigen rol in de groep en de rol van de anderen. Je wordt je ook bewust van de fases van groepvorming en de fase waarin jullie je bevinden. Dat helpt om bepaald gedrag een plek te kunnen geven. We gaan je ook uitdagen om gericht nieuw gedrag uit te proberen door je een experiment te laten uitvoeren en dat te laten beschrijven.
Training 3, Week 4
Inmiddels zijn we in week 4 en kan het behulpzaam zijn om een planning voor je ondernemingsplangroep te maken. Daarin ondersteunt deze les.
Training 4, week 5
In week 9 zijn de tentamens en deadline voor het project ondernemingsplan. Inmiddels heb je inzicht in welke vakken er zijn, wat je moet doen om de credits te halen. Deze les gaan we checken of je voldoende in beeld hebt wat er moet gebeuren en het inzicht gebruiken om een studieplanning te maken.
Training 5, Week 6
De kwaliteit van overleg gaat vaak heel erg omhoog als je goed luistert, vragen stelt en let op verbaal, non-verbaal gedrag. Dat gaan we in deze training ervaren.
Training 6, week 7
Om goed samen te werken is vertrouwen, openheid en veiligheid belangrijk. De tentamens komen heel dichtbij, de deadline voor het ondernemingsplan ook. In deze training maak je kennis met de dialoog. De dialoog is een communicatievorm waarbij er heel goed naar je geluisterd wordt, zonder meteen te oordelen. En waarbij je dat ook doet bij de ander.
En die communicatievorm gaan we toepassen om het onderwerp dat het meeste speelt bij jullie in de groep te bespreken.
Training 7, week 8
In de week voor de eerste tentamens gaan we motivatie halen uit “waarom we dit allemaal doen”. Naar welke beroepen/toekomst zijn jullie onderweg.
Code of conduct
Tja, en stiekem ben je dan toch bezig met het aanbieden van een code of conduct. Eigenlijk heeft iedere training een onderliggende boodschap over wat wij belangrijk vinden, hoe we werken;
- We vinden het belangrijk elkaar te kennen. We maken duidelijke werkafspraken als we beginnen met samenwerken. (code of conduct, punt 1, eerlijkheid en betrouwbaarheid)
- Na een ervaring reflecteer je daarover, gaat na wat je nog wil ontwikkelen en gaat actief experimenteren met nieuw gedrag.
- Gezamenlijk een planning maken is belangrijk bij een groepsopdracht. (code of conduct, punt 1, eerlijkheid en betrouwbaarheid)
- Vooruitkijken naar deadlines en je planning en gedrag waarop aanpassen verhoogt de kansen op het doel halen. (code of conduct, punt 1, eerlijkheid en betrouwbaarheid)
- We zijn respectvol in onze communicatie. (code of conduct, punt 2, respectvol en integer). Daarin valt altijd nog iets te leren/ontwikkelen.
- We vinden elkaar laten uitspreken, aandachtig luisteren en oordeel uitstellen belangrijk. (code of conduct, punt 2, respectvol en integer)
- Jullie hebben hetzelfde doel, bekwame professionals worden.
Het schuurt, veroorzaakt weerstand
In de werkvormen
In veel van de overige lessen gaat het over inhoud en wordt de kennis aangeboden door de docent. In deze trainingen vragen we ze te doen, daarover te reflecteren, erover te praten.
Het verschil is groot en een deel van de studenten houdt daar echt niet van. Die komen voor de relevante kennis en vinden de softskills (nog) niet belangrijk.
Tegen de onderliggende boodschap
Als trainingen een onderliggende boodschap hebben, dan reageren studenten daarop. Soms met het verwerpen van die boodschap:
- Waarom plannen mevrouw, dat heb ik nog nooit gedaan en ik heb toch mijn diploma gehaald?
- Ik ben altijd vlak van tevoren begonnen, ook met groepswerk en ik heb mijn diploma toch.
- Als we ieder een stuk van het werkstuk maken en bij elkaar voegen, dan is het toch ook goed. Op de middelbare school werkte dat.
- Ik kan al goed luisteren.
- Ik hoef toch niet achteraf nog te zitten nadenken over wat er gebeurt is. Dat is klaar.
- Ik ga toch niet praten over wat ik geleerd heb. Dat is nergens voor nodig.
- Ik hoef het maar te halen, wat is het nut om beter te zijn dan geslaagd?
Integriteit
Die onderliggende boodschap geeft aan dat we bepaald gedrag belangrijk vinden, dat we graag willen dat zij dat ook gaan vertonen. Studenten gaan dan het docentgedrag bekijken. Of jij dat gedrag als docent zelf vertoont. Zoniet, dan schuurt dat.
De relatie
Ik merk die weerstand op, hij mag er zijn. Daarnaast doe ik de geplande training. Laat me niet (meer) verleiden tot lange discussies over het nut. Ik vraag ze om anderhalf uur mee te doen en daarna te bepalen of ze het al dan niet gebruiken, al dan niet hun gedrag aanpassen.
Dat ze meedoen heeft te maken met de relatie en ook, eerlijk is eerlijk, met de verplichte aanwezigheid.
Of ze iets leren hangt van henzelf af, dat kan ik niet sturen. Daarover las ik vanmorgen nog een mooi artikel: Leren laat zich niet afdwingen’ en nog negen fundamentele principes van Philippe Meirieu
PS Ja, doe mijn best het gedrag te tonen dat ik “predik”, ook in de andere lessen die ze van me krijgen. Omdat ik zelf ook weiger om lessen als “wijs” te accepteren van mensen die die lessen zelf niet toepassen.